Deze 1e tussenrapportage verschaft een voorlopige stand van stimulerings- en compensatiemaatregelen. Ook wordt een prognose afgegeven voor 2020 van de verwachting van de (lagere) inkomsten en (hogere) uitgaven van de diverse Corona effecten. Wat opvalt in de prognose is dat veel effecten in dit stadium nog niet vertaald zijn in een concreet bedrag, maar vooralsnog PM worden geraamd.
In oktober, bij de 2e tussenrapportage, zal een scherper beeld afgegeven kunnen worden. Bij de jaarrekening 2020 zal een definitief financieel beeld worden geschetst van de Corona gerelateerde onderwerpen. De saldo van deze maatregelen in het jaar 2020 die nodig zijn om door de Coronafase te komen zijn incidenteel en uitzonderlijk en lopen via de algemene reserve. Dit geldt ook voor de compensatiemaatregelen vanuit het Rijk, dat zal worden toegevoegd aan de algemene reserve.
Het college heeft een aantal stimuleringsmaatregelen genomen om de crisis voor onze inwoners, ondernemers en instellingen draaglijker te maken. Het college verwacht sowieso nog meer extra kosten en minder inkomsten door de Corona. Hierbij kan worden gedacht aan de extra gemeentelijke maatregelen zoals uitkeringen voor ondernemers en aan de vermindering van de parkeeropbrengsten. Maar het is nu te vroeg om hiervoor al een bedrag te reserveren. Bij de tweede tussenrapportage zullen die, indien van toepassing, nadrukkelijk wel aan de orde komen.
Het college heeft inmiddels (financiële) maatregelen uitgevoerd m.b.t:
Hierover bent u door het college in de tussentijdse Corona actualiteitoverzichten geïnformeerd. Op de programma's/beleidsvelden in hoofdstuk 4 vindt u een nadere toelichting van deze maatregelen.
De financiele effecten van deze besluiten bedragen € 484.154. Het college heeft bij deze stimuleringsmaatregelen eerst gekeken of er dekking was binnen de reguliere budgetten (€ 76.651). Als hier geen dekking voor was is dit effect ten laste gebracht van de algemene reserve. In totaal is er € 407.503 ten laste gebracht van de algemene reserve. In de begrotingsbijstelling 2020 (besluit 1511624) is door u als raad al een bedrag van € 350.000 beschikbaar gesteld voor Corona effecten.
Samengevat is het beeld als volgt:
Besluiten college | Bedrag |
---|---|
Totaal gerapporteerde effecten | € 484.154 |
Dekking binnen product | - € 76.651 |
Dekking door algemene reserve | - € 350.000 |
Netto effect nog nader te besluiten in deze Turap | € 57.503 |
Naar aanleiding van de brief van het ministerie van BZK en de bijbehorende bijlage op 29 juni 2020 is er meer duidelijkheid over het eerste compensatiepakket aan gemeenten als gevolg van de Coronacrisis. Dit pakket bestrijkt de maanden maart, april en mei 2020.
Voor de compensatie voor de periode tot 1 juni op het gebied van onder andere de veiligheidsregio’s en de GGD-en, afvalinzameling en de buurthuizen wordt nog gesproken. Voor de periode na 1 juni vindt nog overleg met het Rijk plaats.
De verdeling van het compensatiepakket geschiedt via reguliere maatstaven en via de integratie- en decentralisatie uitkeringen. Het zijn allemaal éénmalige bedragen. In onderstaande tabel vindt u per onderwerp de compensatie voor Purmerend. Deze (voorlopige) inkomsten worden in de 2e tussenrapportage 2020 verwerkt na bekendmaking van de septembercirculaire 2020.
Onderwerp | Bedrag compensatie (voorlopig) |
---|---|
Lokale culturele instellingen (AU) | € 275.000 |
Inhaalzorg jeugdzorg en Wmo 2015 (AU) | € 244.000 |
Toeristen- en parkeerbelasting (DU) | € 448.000 |
Maatschappelijke opvang en OGGz (DU) | € 393.000 |
Voorschoolse voorziening peuters (DU) | € 32.000 |
Participatie (IU) | € 280.000 |
Totaal | € 1.672.000 |
In de brief van het ministerie van BZK is alleen opgenomen wat via het gemeentefonds loopt. Daaronder vallen dus niet de declaraties die instellingen kunnen indienen bij het Tijdelijk Steunfonds voor Lokale Informatievoorziening. Daar is € 24 miljoen voor beschikbaar. Ook de inkomensvoorziening en uitvoeringskosten van de zgn. TOZO valt er niet onder, daar is een specifieke uitkering voor. Datzelfde geldt voor de beschikbaarheidsvergoeding voor het openbaar vervoer.
Deze onderwerpen komen terug via het gemeentefonds; de noodopvang voor kinderen van ouders in een cruciaal beroep alsmede de inkomstenderving voor de eigen bijdrage WMO (met name huishoudelijk hulp) zal in de komende septembercirculaire worden gepubliceerd.
Het huidige financiële beeld van de grotere ontwikkelingen is in onderstaande tabel weergegeven. Gelet op het feit dat het Coronavirus nog steeds aanwezig is, is nog niet duidelijk wat het effect op de begroting voor geheel 2020 zal zijn.
Op basis van huidige inzichten kunnen de volgende prognoses gegeven worden.
Effect | Lasten/baten | Periode | Prognose |
---|---|---|---|
Netto effect besluiten college | € 57.503 | ||
Parkeergelden, inclusief boetes | Lagere baten | maart-september | € 1.000.000 |
Afvalinzameling, toezicht en stortkosten | Hogere lasten | maart-juni | € 159.000 |
Lijkbezorging, versobering uitvaarten | Lagere baten | maart-september | € 100.000 |
Wabo-leges | Lagere inkomst | maart-september | € 400.000 |
Theater Purmaryn, kaartverkoop | Lagere baten | geheel 2020 | € 750.000 |
Steunpakket culturele sector | Hogere lasten | maart-december | € 275.000 |
Kinderopvang eigen bijdragen | Lagere baten | maart-juni | € 45.000 |
TOZO uitvoeringskosten versus vergoeding | Lagere baten | maart-juni | € 45.000 |
Theater Purmaryn, pacht horeca | Lagere baten | september-december | € 32.000 |
Spurd, sportaccommodaties (zwembad etc.) kaartverkoop | Lagere baten | maart-september | pm |
Leerlingenvervoer, eigen bijdragen | Lagere baten | maart-juni | € 6.000 |
Vervoersvoorzieningen, eigen bijdragen | Lagere baten | maart-juni | € 20.000 |
Maatschappelijke opvang, eigen bijdagen | Lagere baten | geheel 2020 | € 430.000 |
GGD en Veiligsheidsregio, extra kosten 5% aanname | Hogere lasten | geheel 2020 | € 350.000 |
Facilitaire kosten, lagere productviiteit en apparaatskosten | Hogere lasten | aanname geheel 2020 | € 250.000 |
Compensatie 1e tranche | Hogere baten | -€ 1.672.000 | |
Totaal prognose nog te dekken | € 2.247.503 |
De prognose laat zien dat er naar verwachting nog € 2,2 miljoen aan kosten en inkomstendervingen gedekt moet worden. In september 2020 wordt aan de hand van de septembercirculaire duidelijk hoe groot de 2e tranche compensatie door de Rijksoverheid wordt. Om die reden rapporteren wij hierover in de 2e tussenrapportage om de dan bekende effecten nader te duiden.
Naast de hierboven genoemde prognose zien wij nog een aantal risico's. In lijn met de landelijke verwachtingen rekenen wij ook op een flinke stijging van het aantal aanvragen voor een bijstanduitkering (ZZP'ers, jongeren, mensen met een ‘verdwijn’ baan e.d.). De stijging van hulpvragen zorgt voor meer werk en, met enige vertraging, voor een stijging van het aantal mensen dat een beroep gaat doen op onze schuldhulpverlening, landelijke scenario’s zijn niet positief. De aantallen tot en met juli laten vooralsnog geen verontrustend beeld zien. Bij de 2e tussenrapportage hebben we meer zicht op deze ontwikkeling. We kunnen dan concreter aangeven wat nodig is. Als extra aandachtspunt noemen wij Werkom: bij een stijging van het aantal bijstandaanvragen, stijgt het aantal mensen dat begeleid moet worden naar betaald werk. Dit betekent concreet dat Werkom meer mensen aangemeld krijgt. Verwachting is dat zij hierop ook meer medewerkers gaan inzetten. Dit zal een stijging van de kosten met zich meebrengen.